le mien le tien le sien
Het bezittelijk voornaamwoord met lidwoord |
Dit vervangt een zelfstandig naamwoord en duidt aan van wie het bezit is waarover men praat. Het krijgt wel de verbuiging naar het geslacht (mannelijk/vrouwelijk) en getal (enkelvoud/ meervoud) van het zelfstandig naamwoord dat het vervangt: |
Personen en functies van het bezittelijk voornaamwoord met lidwoord 1 - Het bezittelijk voornaamwoord krijgt de uitgang van het geslacht en het getal van het zelfstandig naamwoord dat het vervangt : - Les premiers colis sont pesés, approchez les vôtres. (De eerste pakketjes zijn gewogen, kom maar hier met die van u/ de uwen) 2 - Het bezittelijk voornaamwoord krijgt de vorm van de persoon die de bezitter is: 3 - Bezittelijk voornaamwoorden met lidwoord kunnen in het enkelvoud zonder zelfstandig naamwoord gebruikt worden als het gaat om een abstract iets, om deelname aan een handeling te preciseren: - Si vous souhaitez réussir, il va falloir y mettre du vôtre. (Als u wilt slagen, dan zult u iets van uzelf moeten inzetten) 4 - Bezittelijk voornaamwoorden kunnen in het meervoud gebruikt worden om ouders, familie, vrienden aan te duiden : - Cet homme a travaillé toute sa vie pour le bonheur des siens. (Les siens ► zijn vrouw en kinderen ). |
Enkelvoud |
Meervoud |
|
Mannelijk |
le mien, le sien, le tien, |
les miens, les tiens, les siens, |
Vrouwelijk |
la mienne, la tienne, la sienne, |
les miennes, les tiennes, les siennes, |